Bouwen met hout, zoals gelamineerd hout (glulam), kruislaaghout (CLT) en gelamineerd fineerhout (LVL), brengt heel andere uitdagingen mee dan bouwen met beton of staal – zeker wanneer het hout om esthetische redenen en voor het welzijnsgevoel dat het materiaal oproept zichtbaar blijft. Die uitdagingen situeren zich voornamelijk op het vlak van stabiliteit, brandveiligheid en akoestiek. Wie een geslaagd ontwerp voor een houten gebouw nastreeft, moet die drie domeinen al in de prille ontwerpfase betrekken. En daarin verschilt het ontwerpen van een houten gebouw fundamenteel van een klassiek ontwerpproces – lees: het ontwerp van een gebouw in staal of beton.
Stabiliteit
Voor de stabiliteitsingenieur betekent bouwen in hout een fundamenteel andere ontwerpaanpak omdat hout anisotroop is, wat betekent dat het zich anders gedraagt in de lengte dan in de dwarsrichting. Dat bemoeilijkt het rekenwerk. De afmetingen van de houten elementen hangen ook nauw samen met de gekozen verbindingen en de lasten die ze moeten opnemen. Daarom start het ontwerp van die verbindingen best tegelijk met die van de dragende structuur. Afhankelijk van de architecturale wensen kan worden gekozen voor zichtbare of verborgen verbindingen.
Bovendien is een nauwe afstemming nodig met de technische installaties. Grote doorvoeren en andere openingen zijn immers moeilijker te realiseren in hout dan in beton of staal zonder dat het gevolgen heeft op het vlak van stabiliteit.
Brandveiligheid
Hout is weliswaar brandbaar, het materiaal scoort verrassend goed op het vlak van brandweerstand. Bij verhitting vormt zich immers een verkoolde laag rond het hout dat het onderliggende hout beschermt. Toch vergroot hout wel de totale hoeveelheid brandbare massa in een gebouw. In vluchtwegen is het daarom meestal verboden hout zichtbaar te laten. Het wordt dan afgewerkt met brandvertragende beplating – bijvoorbeeld gipskarton – of een transparante brandwerende coating.
Dat betekent dus dat ook de brandexpert bij het ontwerp van een houten gebouw al in de schetsfase duidelijke richtlijnen moet aanreiken.
Akoestiek
Hout weegt vijf keer minder dan beton, terwijl er net massa nodig is voor een goede geluidsisolatie. Afhankelijk van het gebouwtype – woning, zorggebouw, kantoor … – verschillen de eisen op het vlak van akoestiek sterk. Daarom moet al vroeg worden afgewogen of zichtbaar hout combineerbaar is met de geldende akoestische eisen.
Oplossingen die kunnen worden toegepast in houten gebouwen zodat aan de akoestische eisen wordt voldaan, zijn verlaagd plafonds van gipskarton, extra massa in de vloeropbouw of een ontkoppeling tussen vloerlagen om geluidsoverdracht te vermijden. De verschillende opties – als die er zijn – worden ook best besproken voor de ontwerpplannen definitief zijn.
Ontwerpproces
Een en ander zorgt ervoor dat het er in een houtbouwproject helemaal anders aan toegaat dan in het klassieke bouwtraject voor een gebouw in beton of staal. In dat laatste volgen de ontwerpstappen elkaar op: eerst stemmen de architect en de stabiliteitsingenieur af en daarna volgen de studies voor de brandveiligheid, akoestiek en technieken. In een houtbouwproject moeten van meet af aan alle disciplines – structuur, brandveiligheid, akoestiek en technieken – rond de tafel zitten. Gebeurt dat niet, dan dreigt een suboptimaal ontwerp en kostelijke aanpassingswerken – als die aanpassingen überhaupt nog mogelijk zijn.
Het zogenaamde Level of Development of LOD ligt bij houtbouwprojecten met andere woorden idealiter al vroeg in het ontwerpproces hoog. Daardoor kunnen technische knelpunten sneller opgespoord en opgelost worden. Dat vraagt wel om extra inspanningen van opdrachtgevers en projectleiders; zij moeten bereid zijn vroeg te investeren in het nodige studiewerk.
Conclusie: houtbouw heeft een hogere ontwerpcomplexiteit en vraagt daarom om een andere aanpak. Wie daartegen zondigt, ondervindt de gevolgen dubbel: technisch en budgettair. Het is dus cruciaal om houten gebouwen vanaf dag één goed doordacht te ontwerpen. Beslissen om een ontwerp dat initieel bedoeld was om uitgevoerd te worden in staal of beton finaal toch uit te voeren in hout, kan niet zonder het ontwerpproces vanaf nul te herbeginnen.